Multicultureel

Op 31 december klinkt het geluid van iets te uitgebreid vuurwerk. Prullenbakken knallen uit elkaar. In de multiculturele wijk Palenstein zijn de brievenbussen eerder afgesloten dan in veel andere Nederlandse wijken. Het gaat er hard aan toe. 250 kilometer verderop, ergens in de provincie Groningen, maken drie boerenjongens een enorme bom die ze in een buis tot ontploffing brengen. Eén jongen raakt ernstig gewond.

Buiten is het warm. Op straat spelen jongetjes, niet ouder dan acht. In de winter hangen ze rond in het trappenhuis en op de galerij van de flat. In het trappenhuis maken ze vuurtjes met lucifers, op straat springen ze plotseling voor rondrijdende auto’s, die op zoek zijn naar een parkeerplek. Soms, wanneer iemand de trap oploopt en diegene het groepje jongetjes treft, springen de kinderen verschrikt op en houden ze iets achter hun rug. Wat deze jongens doen is geen kattenkwaad meer. Het zijn misschien wel crimineeltjes in de dop. Eén van de jongens is Turks. De rest Nederlands.

Boven de wijk vliegt een helikopter rondjes. De politie is op zoek naar een Marokkaanse jongen die iets crimineels heeft gedaan. Niet lang daarvoor vermoordde een Nederlandse jongen in diezelfde wijk zijn vriendin. En een andere keer staat de politie uren voor een deur van een man die in zijn huis met een zwaard staat te zwaaien. Een autochtone man.

Ik woon in een wijk waar alle culturen van de wereld samenkomen. Het is er vaak vies, er is veel overlast en de politie is er met regelmaat aanwezig. Maar dat niet alleen. Mensen groeten elkaar hier, houden de deur voor elkaar open, helpen oude mensen met het tillen van boodschappen en accepteren elkaar. Wanneer ik op bezoek ben bij mijn Algerijnse buren, mag ik niet weg voordat ik liters thee en kilo’s taart heb gegeten en gedronken. Wanneer de vierjarige dochter verbaasd aan mij vraagt of ik wel varkensvlees eet, antwoordt de moeder zonder oordeel dat sommige mensen een andere cultuur dan zij hebben. De oudere broer van het meisje knikt en voegt toe dat dat helemaal niet erg is.

Voor een schoolopdracht maak ik een filmpje waarin kinderen vertellen wat zij over de Tweede Wereldoorlog weten. Ik loop naar een voetbalveldje waar een groepje jongens van verschillende nationaliteiten aan het spelen is. Een Marokkaans jongetje vertelt dat hij het verschrikkelijk vindt wat er in de vorige eeuw is gebeurd en dat hij hoopt dat het nooit weer zo ver komt. Zijn Nederlandse vriendje zegt dat het belangrijk is om het te blijven onthouden, zodat we de fout niet nog eens maken.

Wanneer ik klaar ben met filmen, gaan de jongens verder met voetballen. Ik kijk naar ze. De jongetjes zijn precies hetzelfde. Even lief, even stout, even groot en even slim. Toch zal het leven voor het Marokkaanse jongetje een stuk moeilijker worden dan voor zijn Nederlandse vriendje. Hij zal later maar moeilijk aan werk kunnen komen. Hij zal zich altijd een weg door het leven moeten banen. Hij moet binnen het autochtone netwerk zien te komen. Hij moet eerst alle vooroordelen van zich af slaan, voordat hij zorgeloos kan leven.

Niet-westerse allochtone jongeren zijn inderdaad iets crimineler dan autochtone jongeren. Maar de beeldvorming in kranten is wat betreft allochtone jongeren een stuk negatiever dan die van autochtone jongeren. Zo negatief, dat het niet meer overeenkomt met de werkelijkheid. Uit onderzoek blijkt dat deze negatieve beeldvorming ervoor zorgt dat de jongeren moeilijker aan een baan kunnen komen dan hun autochtone leeftijdsgenoten. En als allochtone jongeren geen baan kunnen krijgen, gaan ze, volgens het onderzoek, vaker het criminele pad op. Ze hebben voor hun gevoel weinig keus. Het pad naar het autochtone netwerk is voor hen tenslotte erg moeilijk begaanbaar.

Media berichten vaak negatief over niet-westerse allochtonen. Hierdoor is de beeldvorming over deze groep negatief en dat zorgt ervoor dat ze gaan voldoen aan het beeld dat geschetst wordt. En dan begint de cirkel opnieuw. Maar stel je eens voor wat jij voor keuzes zou maken als iedereen zou zeggen dat je stom bent.

Wat heeft het voor zin om elke criminele allochtoon het land uit te sturen? Wie wordt daar blij van? De mensen die dénken dat ‘de allochtoon’ het in Nederland verpest? Misschien zijn wij autochtonen degenen die het verpesten. Want waarom kunnen wij deze groep mensen, die constant moet vechten binnen twee culturen, niet gewoon omarmen en meenemen. Waarom kunnen we ze zo moeilijk een plek bieden in de autochtone wereld. In plaats van ze wegduwen, kunnen we ze toelaten. En op basis van alle wetenschappelijke onderzoeken die naar dit onderwerp gedaan zijn, zou Nederland dan een heel mooi land worden.

Lotte

Leave a Reply

Your email address will not be published.