Op pad met de OV-chipkaart

Naast mij in de trein zit een vrouw van boven de zestig. In haar hand houdt ze een uit een krant geknipte woordpuzzel. Geconcentreerd probeert ze de vraagstukken op te lossen. Op het station van Amersfoort komt er een oude meneer tegenover ons zitten. Hij leest de Metro. Af en toe kijkt hij op van zijn krant en staart hij enkele minuten naar buiten, waarna hij een bladzijde van de krant omslaat.
Plotseling komt er een jongen haastig de coupé binnen. Met een harde knal slaat hij de deur die de eerste en tweede klas van elkaar scheidt dicht. Als ik voor me uit kijk, snap ik waarom. Er komt een conducteur aan die op een gestructureerde wijze alle reizigers bij langs gaat om hun vervoersbewijs te controleren. De zwartrijdende jongen heeft geluk. De trein is een dubbeldekker, wat betekent dat hij via de onderste etage de conducteur kan afschudden.
De oude man tegenover mij geeft zijn OV-chipkaart aan de conducteur. Het scannen van het kaartje duurt langer dan normaal. De conducteur glimlacht. “U heeft bij de verkeerde incheck-paal ingecheckt,” zegt hij.
De oude man kijkt verbaasd. “Oh,” begint hij. “Daar heb ik niet op gelet.”
De conducteur legt de man uit dat er in Amersfoort twee soorten incheck-palen zijn: één van NS en één van Connexxion. Maar aangezien de man met een ‘vrije keuze dag’ reist, is het dit keer niet erg.
Wanneer de conducteur doorloopt, haalt de oude man iets uit de binnenzak van zijn jas. Het is een boekje van NS, over de OV-chipkaart. Hij leest het grondig door. Wanneer hij klaar is en het boekje terug in zijn jaszak stopt, vraag ik hem of hij begrijpt wat de conducteur bedoelde.
“Tsja,” zegt de man. “De vorige keer heb ik helemaal niet ingecheckt, toen was dat niet goed. Nu heb ik wel ingecheckt, maar is het weer niet goed.”
De vrouw naast mij begint te lachen. “Ze maken het ook wel verdomd ingewikkeld, hè.”
Ik leg de man uit dat hij op zijn eindbestemming niet moet uitchecken bij een NS-paal, omdat hij, volgens mij, dan niet uitcheckt, maar incheckt.
De man grijnst en haalt iets uit zijn jaszak. In de lucht houdt hij een andere OV-chipkaart dan die hij aan de conducteur had gegeven. “Op deze kaart heb ik geld gezet. Op die andere staan alleen mijn vrije reizen. Als ik dan met die vrije-reizen-kaart iets verkeerd doe, kost het me nooit geld. Er staat tenslotte niks op.”

Ik denk terug aan een paar weken eerder, toen er een oude vrouw voor negen uur had ingecheckt, terwijl ze met de trein van vijf over negen ging. Doordat ze te vroeg had ingecheckt, gold haar vrije keuze dag niet en moest ze een hoge prijs betalen voor haar reisje van Zeeland naar Groningen. Anderhalf uur lang praatte de vrouw met onbekenden, in de stiltecoupé, over de problemen die de OV-chipkaart met zich meebrengt. Ik snapte het wel, dat reizen met zo’n kaart is ook niet makkelijk als je je hele leven al gebruik maakt van papieren kaartjes.
Maar de oude man met zijn twee OV-chipkaarten is anders. Hij denkt niet in problemen. Hij denkt in oplossingen.

Lotte

Leave a Reply

Your email address will not be published.